Vertaal
Naar andere talen: • uitdijen > ENuitdijen > ESuitdijen > FR
Vertalingen uitdijen NL>DE

uitdijen

werkw.
Uitspraak:  œydɛiə(n)]
Verbuigingen:  dijde uit (verl.tijd ) is uitgedijd (volt.deelw.)

meer of groter worden - ausdehnen
in de breedte uitdijen - in der Breite ausdehnen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
uitdijen (ww.) anschwellen (ww.) ; ausbauen (ww.) ; ausbreiten (ww.) ; ausdehnen (ww.) ; ausweiten (ww.) ; erweitern (ww.) ; expandieren (ww.) ; schwellen (ww.) ; vergrößern (ww.)
uitdijen (werkw.) anschwellen ; wachsen
het uitdijendie Anschwellung ; die Ausdehnung
Bronnen: interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `uitdijen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aangroei
NL: aanwas
NL: dik worden
NL: expanderen
NL: groeien
NL: openen
NL: opzetten
NL: opzwellen
NL: rijzen
NL: toenemen