Vertalingen tik NL>DE
de tik
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [tɪk] |
| Verbuigingen: | tikken (meerv.) |
zachte klap of slag -
Klaps (der ~) | een tik uitdelen/geven - einen Klaps geben |
iemand een tik op de vingers geven (=iemand laten weten dat hij of zij iets doet wat niet mag) - jemanden einen Klaps auf die Finger geben
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de tik (m) | der Hieb ; der Klaps ; der leichter Schlag ; der Schlag |
| de tik | das Klicken ; das Klopfen |
| tik | Knacken ; Knacker ; Zaehlung |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `tik`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: dreunNL: jensNL: klapNL: klopNL: knalNL: lelNL: mepNL: tic