Vertalingen knal NL>DE
de knal
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [knɑl] |
Verbuigingen: | knallen (meerv.) |
kort en heel hard geluid -
Knall (der ~) Het gebouw explodeerde met een enorme knal. - Das Gebäude explodierte mit einem enormen Knall. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de knal (m) | der Fall ; der Hieb ; der Klaps ; der Knall ; der Krach ; der Plumps ; der Schlag |
knal | Klopfen ; Knall |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `knal`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanslagNL: bamNL: dreunNL: explosieNL: jensNL: klapNL: kwakNL: lelNL: mepNL: meppen