Vertalingen hof NL>DE
I het hof
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [hɔf] |
Verbuigingen: | hoven (meerv.) |
1) paleis en huishouden van een vorst -
Hof (der ~) het hof van de Friese Nassaus - der friesisch-nassauische Hof hofdame - Hofdame |
hofleverancier (=eervolle naam die een bedrijf van de koningin krijgt) - Hoflieferant
|
2) belangrijke rechtbank -
Gerichtshof (der ~) het hof van justitie - der Justizhof |
hof van cassatie (=hoogste rechtbank die een lagere rechtbank controleert) - +/- Revisionsgericht
|
3) deel van de uitdrukking: -
iemand het hof maken (=aardig en charmant tegen iemand doen om een relatie te krijgen) - jemandem den Hof machen
|
II de hof
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [hɔf] |
Verbuigingen: | hoven (meerv.) |
tuin -
Garten (der ~) doolhof - Labyrinth Die kwekerij heet 'de hof van Groningen'. - Die Gärtnerei heißt 'der Garten von Groningen'. |
de hof van Eden (=paradijs) - der Garten Eden
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de hof (m) | der Bauernhof ; das Gericht ; der Gerichtshof ; das Gut ; der Hinterhof ; der Hof ; die Höfe ; der Innenhof ; der Park ; die Parkanlage |
hof | der Bauernhof ; Gericht ; der Gerichtshof ; der Hof ; der Königshof |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `hof`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: balieNL: binnenplaatsNL: boerenerfNL: courNL: erfNL: gerechtNL: gerechtshofNL: gevolgNL: heemNL: hofzaalUitdrukkingen en gezegdes
NL: hof van appèl
DE: Appellationsgericht (das)NL: een dame het
hof maken
DE: einer Dame den Hof machen