Vertalingen embarrasser FR>NL
[ɑ̃baʀase]1 gêner le mouvement - hinderen
'Ces paquets m'embarrassent.'
Deze pakken staan me in de weg.2 mettre mal à l'aise - in verlegenheid brengen
'Ta demande m'embarrasse.'
Je vraag brengt me in verlegenheid.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
embarrasser (ww.) | plagen (ww.) ; wisselen (ww.) ; verwisselen (ww.) ; verlegen maken (ww.) ; verhinderen (ww.) ; treiteren (ww.) ; tergen (ww.) ; tarten (ww.) ; sarren (ww.) ; ruilen (ww.) ; belemmeren (ww.) ; pesten (ww.) ; omwisselen (ww.) ; omruilen (ww.) ; obstructie plegen (ww.) ; narren (ww.) ; kwellen (ww.) ; koeioneren (ww.) ; in verlegenheid brengen (ww.) ; beletten (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `embarrasser`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: barrerFR: bloquerFR: boucherFR: congestionnerFR: contrarierFR: déconcerterFR: dépayserFR: dérangerFR: dérouterFR: désorienter