Vertaal
Naar andere talen: • trastornar > DEtrastornar > ENtrastornar > FR
Vertalingen trastornar ES>NL

I trastornar

werkw.
Uitspraak:  [tɾastoɾ'naɾ]

1) alterar las características esenciales de algo o el desarrollo normal de un proceso - in de war sturen
La guerra trastornó el funcionamiento normal de la actividad del estado. - De oorlog heeft de normale werking van de overheidsactiviteiten in de war gestuurd.

2) sufrir una persona una alteración en el desarrollo normal de su vida - overhoop halen
Un fatal accidente trastornó su vida cotidiana tal como la conocía hasta entonces. - Een dodelijk ongeluk heeft het dagelijkse leven zoals zij dat tot dan toe leidde, overhoop gehaald.

3) gustar excesivamente una persona o cosa - verrukken
Su belleza puede trastornar y perder a cualquier hombre. - Haar schoonheid kan iedere man verrukken en in de war brengen.

4) alterar el equilibrio mental de una persona - overstuur maken
Lo trastornó la muerte de sus padres. - Hij raakte overstuur door de dood van zijn ouders.


II trastornarse

werkw.
Uitspraak:  [tɾastoɾ'naɾse]

perder el equilibrio mental - in de war raken
Se trastornó durante su estadía en la cárcel. - Hij is tijdens zijn verblijf in de gevangenis in de war geraakt.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
trastornar (ww.) aanroeren (ww.) ; aanstippen (ww.) ; even aanraken (ww.) ; toucheren (ww.) ; uit zijn evenwicht brengen (ww.) ; verwarren (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `trastornar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: agitar
ES: alborotar
ES: alterar
ES: amotinar
ES: asombrar
ES: atolondrar
ES: aturdir
ES: cobrar
ES: dar vértigo
ES: desarreglar