Vertaal
Naar andere talen: • asombrar > DEasombrar > ENasombrar > FR
Vertalingen asombrar ES>NL

I asombrar

werkw.
Uitspraak:  [asomˈbɾaɾ]

1) causar admiración o sorpresa - doen verbazen
Su belleza nos asombró a todos. - Haar schoonheid deed ons allemaal verbazen.

2) causar temor con algo inesperado - angst aanjagen
Su violencia asombró a todos. - Zijn gewelddadigheid jaagde angst aan bij ons allemaal.

3) hacer sombra sobre alguien o algo - donker maken
las figuras asombradas por la noche - de gedaanten donker door de nacht


II asombrarse

werkw.
Uitspraak:  [asomˈbɾaɾse]

sentir sorpresa ante algo inesperado - verbaasd opkijken
Se asombraron de verme allí. - Ze keken verbaasd op toen ze me daar zagen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
asombrar (ww.) overdonderen (ww.) ; verbluffen (ww.)
asombrar ontstellen ; verbazen
Bronnen: interglot; Omegawiki.org


Voorbeeldzinnen met `asombrar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: admirar
ES: atolondrar
ES: aturdir
ES: causar sorpresa
ES: dar vértigo
ES: deslumbrar
ES: desorientar
ES: desquiciar
ES: extrañar
ES: fascinar