Vertalingen asombrar ES>NL
I asombrar
werkw.
1) causar admiración o sorpresa -
doen verbazen Su belleza nos asombró a todos. - Haar schoonheid deed ons allemaal verbazen. |
2) causar temor con algo inesperado -
angst aanjagen Su violencia asombró a todos. - Zijn gewelddadigheid jaagde angst aan bij ons allemaal. |
3) hacer sombra sobre alguien o algo -
donker maken las figuras asombradas por la noche - de gedaanten donker door de nacht |
II asombrarse
werkw.
sentir sorpresa ante algo inesperado -
verbaasd opkijken Se asombraron de verme allí. - Ze keken verbaasd op toen ze me daar zagen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
asombrar (ww.) | overdonderen (ww.) ; verbluffen (ww.) |
asombrar | ontstellen ; verbazen |
Bronnen: interglot; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `asombrar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: admirarES: atolondrarES: aturdirES: causar sorpresaES: dar vértigoES: deslumbrarES: desorientarES: desquiciarES: extrañarES: fascinar