Vertalingen traidor ES>NL
I traidor, -ra
bijv.naamw.
| Uitspraak: | [tɾaj'ðoɾ, -ɾa] |
1) que falta a la lealtad o la fidelidad debidas -
verraderlijk | un soldado traidor - een verraderlijke soldaat |
2) que implica o denota traición -
verraderlijk | Tenía una mirada traidora e intrigante. - Hij had een verraderlijke en intrigerende blik. |
II el/la traidor, -ra
zelfst.naamw.
persona que falta a la lealtad o la fidelidad debidas -
verrader, verraadster | Los traidores serán juzgados con todo el rigor de la ley marcial. - De verraders zullen worden veroordeeld in strikte naleving van de krijgswet. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| el traidor (m) | de verrader (m) ; de verraadster (v) ; de quisling (m) ; de overloper (m) ; de landverrader (m) |
| traidor | in het geniep ; verraderlijk ; verlinker ; verklapper ; vals ; trouweloos ; stiekem ; snood ; leugenachtig ; gluiperig ; gevaarlijk ; geniepig ; afvallig ; achterbaks ; aanbrenger ; versliegeraar ; verklikker ; sycofant ; klikspaan ; klikker ; judas ; aangever |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `traidor`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: a escondidasES: andrajosoES: bajoES: chivatoES: clandestinoES: delatorES: desagradableES: desarrapadoES: deslealES: despreciable
