Vertalingen repasar ES>NL
repasar (ww.) | inspecteren (ww.) ; testen (ww.) ; rondvertellen (ww.) ; rondbrieven (ww.) ; repeteren (ww.) ; overlezen (ww.) ; opnieuw lezen (ww.) ; onderzoeken (ww.) ; oefenen (ww.) ; nazeggen (ww.) ; napraten (ww.) ; nalezen (ww.) ; nabouwen (ww.) ; keuren (ww.) ; herhalen (ww.) ; echoën (ww.) ; doorvertellen (ww.) ; doorspelen (ww.) ; doornemen (ww.) ; doorlezen (ww.) ; doorgeven (ww.) ; bezichtigen (ww.) ; beproeven (ww.) ; bekijken (ww.) |
repasar | bijwerken ; opfrissen ; nawerken |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `repasar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: aquilatarES: buscarES: catarES: chismorrearES: comprobarES: comunicarES: controlarES: corregirES: echar un vistazo aES: ejercitarse