Vertaal
Naar andere talen: • recubrir > DErecubrir > ENrecubrir > FR
Vertalingen recubrir ES>NL

recubrir

werkw.
Uitspraak:  [reku'βɾiɾ]

1) cubrir una cosa con otra formando una capa - (opnieuw) bedekken
Cuando pintes las rejas cuida de recubrir toda la superficie con pintura. - Als je de tralies schildert, zorg er dan voor dat je het hele oppervlak met verf bedekt.

2) cubrir de nuevo - (opnieuw) bedekken
Hay que quitar las tejas viejas del techo y recubrirlo con nuevas. - De oude dakpannen moeten van het dak worden gehaald en bedekt met nieuwe.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
recubrir (ww.) bedekken (ww.) ; bekleden (ww.) ; calqueren (ww.) ; dekken (ww.) ; met pen overtekenen (ww.) ; overdekken (ww.) ; overkappen (ww.) ; overtrekken (ww.) ; overwelven (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `recubrir`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abrillantar
ES: bañar
ES: calcar
ES: copiar
ES: cubrir
ES: cubrir de nuevo
ES: cumplir con
ES: demarcar
ES: dibujar
ES: dorar