Vertaal
Naar andere talen: • prosperar > DEprosperar > ENprosperar > FR
Vertalingen prosperar ES>NL

prosperar

werkw.
Uitspraak:  [pɾospeaɾ]

1) moverse hacia adelante - vooruitgaan
prosperar en la marcha - vooruitgaan in het lopen

2) tener aceptación o éxito - erop vooruitgaan
El negocio prospera día a día. - De zaak gaat er dagelijks op vooruit.

3) mejorar progresivo de una cualidad o situación - vooruitgaan
Su estudios prosperaban notablemente. - Zijn studie was duidelijk vooruitgegaan.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
prosperar (ww.) opbloeien (ww.) ; vernieuwen (ww.) ; verbeteren (ww.) ; tot volle wasdom komen (ww.) ; tot hoogconjunctuur komen (ww.) ; tot bloei komen (ww.) ; schouwen (ww.) ; restaureren (ww.) ; renoveren (ww.) ; opfleuren (ww.) ; bloeien (ww.) ; ontplooien (ww.) ; keuren (ww.) ; inspecteren (ww.) ; herstellen (ww.) ; hernieuwen (ww.) ; goed lopen (ww.) ; floreren (ww.) ; examineren (ww.) ; controleren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `prosperar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: acrecentar
ES: actualizar
ES: adecentar
ES: adquirir
ES: alzar
ES: arreglar
ES: aventajar
ES: brotar
ES: cambiar
ES: contestar