Vertaal
Naar andere talen: • galopar > DEgalopar > ENgalopar > FR
Vertalingen galopar ES>NL

galopar

werkw.
Uitspraak:  [galo'paɾ]

cabalgar en la marcha más veloz del caballo - galopperen
Los caballos de polo galopan a un pequeño gesto del polista. - De polopaarden galopperen op een klein gebaar van de polospeler.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
galopar (ww.) draven (ww.) ; galopperen (ww.) ; hard rennen (ww.) ; hollen (ww.) ; pezen (ww.) ; racen (ww.) ; rennen (ww.) ; sprinten (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `galopar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: andar a galope
ES: correr
ES: correr rapidamente
ES: ir a galope
ES: ir al trote
ES: trotar