Vertaal
Naar andere talen: • evolucionar > DEevolucionar > ENevolucionar > FR
Vertalingen evolucionar ES>NL

evolucionar

werkw.
Uitspraak:  [eβoluɑujo'naɾ]

1) realizar alguien o algo un cambio gradual - (zich) ontwikkelen
El enfermo evoluciona favorablemente. - De zieke gaat goed vooruit.

2) hacer desplazamientos de un lugar a otro - (zich) bewegen
Los patinadores evolucionaron por toda la pista. - De schaatsers bewogen zich voort over de hele piste.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
evolucionar (ww.) afwisselen (ww.) ; evolueren (ww.) ; geschikt maken voor bebouwing (ww.) ; herzien (ww.) ; ontginnen (ww.) ; ontplooien (ww.) ; ontwikkelen (ww.) ; tot ontwikkeling brengen (ww.) ; tot wasdom komen (ww.) ; veranderen (ww.) ; verwisselen (ww.) ; wijzigen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `evolucionar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: adelantar
ES: alterar
ES: alternar
ES: cambiar
ES: cambiar por
ES: civilizar
ES: convertir
ES: convertirse
ES: convertirse en
ES: cultivar