Vertalingen engrandecer ES>NL
engrandecer (ww.) | aangroeien (ww.) ; aanwassen (ww.) ; aanwinnen (ww.) ; aanzwellen (ww.) ; de hoogte ingaan (ww.) ; gedijen (ww.) ; groeien (ww.) ; groter worden (ww.) ; omhooggaan (ww.) ; opzetten (ww.) ; stijgen (ww.) ; toenemen (ww.) ; vergroten (ww.) ; vermeerderen (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `engrandecer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abultarES: acrecentarES: acrecerES: agrandarES: agrandarseES: ampliarES: amplificarES: aumentarES: crecerES: desarrollar