Vertalingen desvalijar ES>NL
desvalijar
werkw.
robar todas las cosas de valor de un lugar -
(leeg)plunderen Los ladrones desvalijaron la tienda en veinte minutos. - De dieven plunderden de winkel in twintig minuten leeg. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
desvalijar (ww.) | leegplunderen (ww.) ; leegroven (ww.) ; leegstelen (ww.) ; plunderen (ww.) ; roven (ww.) ; uitplunderen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `desvalijar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: desplumarES: despojarES: desposeerES: desproveerES: expropiarES: pillarES: privarES: quitarES: robarES: saquear