Vertalingen saquear ES>NL
I saquear
werkw.
apoderarse por medio de la violencia de las cosas que se encuentra en un lugar -
plunderen Los soldados saquearon el palacio del rey. - De soldaten hebben het paleis van de koning geplunderd. |
II saquear
werkw.
apoderarse de todo o de gran parte de una cosa -
plunderen Llegó del colegio y saqueó la cocina. - Hij kwam van school thuis en plunderde de keuken. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
saquear (ww.) | afstropen (ww.) ; afzoeken (ww.) ; brandschatten (ww.) ; geheel doorzoeken (ww.) ; leeghalen (ww.) ; leegplunderen (ww.) ; leegroven (ww.) ; leegstelen (ww.) ; ontstelen (ww.) ; plunderen (ww.) ; roven (ww.) ; uitknijpen (ww.) ; uitpersen (ww.) ; uitplunderen (ww.) ; uitzuigen (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `saquear`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: apoderarse deES: birlarES: buscarES: desplumarES: despojarES: desposeerES: desproveerES: desvalijarES: expoliarES: expropiar