Vertaal
Naar andere talen: • descorrer > DEdescorrer > ENdescorrer > FR
Vertalingen descorrer ES>NL

descorrer

werkw.
Uitspraak:  [desko'reɾ]

1) plegar algo estirado - opendoen
descorrer las persianas - de rolgordijnen opendoen

2) volver a transitar el espacio ya recorrido - terugrennen
Descorrió la pista de atletismo. - Hij rende terug over de atletiekbaan.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
descorrer (ww.) bouwklaar maken (ww.) ; ontginnen (ww.) ; opentrekken (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `descorrer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abrir
ES: descomponer
ES: descorchar
ES: descubrir
ES: destapar
ES: explotar