Vertalingen conversar ES>NL
conversar
werkw.
mantener dos o más personas una conversación -
een gesprek houden Me gusta mucho conversar con él. - Ik vind het heel leuk om met hem te praten. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
conversar (ww.) | bediscussiëren (ww.) ; bepraten (ww.) ; bespreken (ww.) ; bomen (ww.) ; converseren (ww.) ; debatteren (ww.) ; discussiëren (ww.) ; kouten (ww.) ; meeconverseren (ww.) ; meepraten (ww.) ; overleggen (ww.) |
Bronnen: Wikipedia; interglot
Voorbeeldzinnen met `conversar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: adularES: chacharearES: charlarES: comunicarES: comunicarseES: contarES: cotorrearES: debatirES: delatarES: deliberar