Vertaal
Naar andere talen: • charlar > DEcharlar > ENcharlar > FR
Vertalingen charlar ES>NL

charlar

werkw.
Uitspraak:  ['ʧaɾlaɾ]

hablar con alguien de manera distendida de temas no trascendentes - babbelen
charlar con un vecino - met een buurman babbelen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
charlar (ww.) kwebbelen (ww.) ; zwetsen (ww.) ; zwammen (ww.) ; zeveren (ww.) ; zeiken (ww.) ; wartaal spreken (ww.) ; spreken (ww.) ; ratelen (ww.) ; raaskallen (ww.) ; praten (ww.) ; onzin verkopen (ww.) ; onzin uitkramen (ww.) ; lullen (ww.) ; leuteren (ww.) ; kwekken (ww.) ; babbelen (ww.) ; kouten (ww.) ; klieren (ww.) ; kletspraat verkopen (ww.) ; kletsen (ww.) ; keuvelen (ww.) ; in contact staan (ww.) ; ijlen (ww.) ; griepen (ww.) ; etteren (ww.) ; een conversatie hebben (ww.) ; een boom opzetten (ww.) ; converseren (ww.) ; communiceren (ww.) ; bomen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `charlar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: cacarear
ES: cascar
ES: chacharear
ES: chinchar
ES: cloquear
ES: comprar tonteras
ES: conversar
ES: cotorrear
ES: dar la tabarra
ES: delirar