Vertaal
Naar andere talen: • colgar > DEcolgar > ENcolgar > FR
Vertalingen colgar ES>NL

I colgar

werkw.
Uitspraak:  [kol'γaɾ]

1) suspender un cuerpo de otro - ophangen
colgar la ropa - de was ophangen

2) suspender a una persona o animal del cuello con una cuerda hasta que muera - ophangen
colgar a un condenado a muerte - een ter dood veroordeelde ophangen

3) atribuir a una persona algo malo o falso - beschuldigen
Colgó a su hermano delante de sus padres. - Hij beschuldigde zijn broer in het bijzijn van zijn ouders.

4) suspender una asignatura o examen - laten zakken
Me colgaron en física. - Ze hebben me laten zakken voor natuurkunde.

5) abandonar una profesión o actividad - opgeven
Siempre cuelga los trabajos a medio terminar. - Hij geeft zijn werkzaamheden altijd half afgemaakt op.


II colgar

werkw.

1) estar una cosa suspendida de otra - hangen
Una araña cuelga del techo. - Er hangt een spin aan het dak.

2) terminar una conversación telefónica - ophangen
Colgó y me dejó hablando sola. - Hij hing op en liet mij alleen doorpraten.


III colgarse

werkw.
Uitspraak:  [kol'γaɾse]

1) agarrarse a una persona o cosa dejando caer el peso del cuerpo - zich laten hangen
La niña se colgaba de los hombros de su padre. - Het meisje liet zich aan de schouders van haar vader hangen.

2) ser dependiente de una persona o cosa - verslaafd raken
colgarse de las drogas - verslaafd raken aan drugs

3) bloquearse un ordenador personal computers - vastlopen
Se me colgó el ordenador y perdí el trabajo de un día. - Mijn computer is vastgelopen en ik heb een dag werk verloren.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
colgar (ww.) ergens aan hangen (ww.) ; hangen (ww.) ; naarbeneden hangen (ww.) ; ophangen (ww.) ; opknopen (ww.)
colgar aanslaan ; het ophangen ; ophangen ; opleggen telefoon
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `colgar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: ahorcar
ES: colgarse
ES: estar suspendido
ES: pender
ES: suspender
ES: tender