Vertaal
Naar andere talen: • azuzar > DEazuzar > ENazuzar > FR
Vertalingen azuzar ES>NL
azuzar (ww.) aanblazen (ww.) ; aanstoken (ww.) ; aanwakkeren (ww.) ; oppoken (ww.) ; opstoken (ww.) ; poken (ww.) ; stoken (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `azuzar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: acuciar
ES: aguijonear
ES: apresurar
ES: atizar
ES: avivar
ES: enredar
ES: estimular
ES: excitar
ES: incitar
ES: instigar