Vertaal
Naar andere talen: • entregar > DEentregar > ENentregar > FR
Vertalingen entregar ES>NL

I entregar

werkw.
Uitspraak:  [entɾeaɾ]

poner una cosa o persona en poder de otra - overhandigen
Mi padre nos entrega una suma fija de dinero por mes. - Mijn vader overhandigt ons een vast geldbedrag per maand.


II entregarse

werkw.
Uitspraak:  [entɾeaɾse]

1) declararse sin fuerzas en una lucha o actividad - zich overgeven
entregarse a los invasores - zich aan de vijanden overgeven

2) dedicarse por entero a alguna actividad - zich wijden
Se entregó de lleno a la beneficencia. - Hij wijdde zich volledig aan de liefdadigheid.

3) dejarse vencer por las pasiones o los vicios - zich overgeven
entregarse a la envidia - zich overgeven aan de afgunst

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
entregar (ww.) leveren (ww.) ; zich overgeven (ww.) ; verstrekken (ww.) ; verlenen (ww.) ; uitbetalen (ww.) ; toesteken (ww.) ; toeleveren (ww.) ; thuisbezorgen (ww.) ; strijd opgeven (ww.) ; schenken (ww.) ; rondbrengen (ww.) ; overhandigen (ww.) ; overgeven (ww.) ; overdragen aan (ww.) ; orderen (ww.) ; inschrijven (ww.) ; inleveren (ww.) ; indienen (ww.) ; gunst verlenen (ww.) ; gunnen (ww.) ; geven (ww.) ; doneren (ww.) ; bestellen (ww.) ; afstaan (ww.) ; afdragen (ww.) ; aanreiken (ww.) ; aanleveren (ww.) ; aangeven (ww.) ; aanbieden (ww.)
entregar afleveren
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `entregar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: acceder
ES: acceder a
ES: accedido
ES: adjudicar
ES: admitir
ES: ahorrar
ES: alargar
ES: aportar
ES: asentir a
ES: ceder