Vertalingen acabar ES>NL
I acabar
werkw.
dar fin a una cosa -
afmaken acabar los deberes - het huiswerk afmaken |
de nunca acabar (=que se prolonga demasiado) - zonder einde
historia de nunca acabar - verhalen zonder einde
|
II acabar
werkw.
1) finalizar de cierta forma -
beëindigen El juicio acaba en acuerdo. - Het proces liep uit op een akkoord. |
2) destruir a alguien -
afmaken acabar con el enemigo - de vijand afmaken |
3) ocurrir algo inmediatamente después de cuando se habla -
net klaar zijn Acababan de entrar cuando sonó el teléfono. - Ze kwamen net binnen toen de telefoon ging. |
4) dar fin a una relación -
beëindigen Puedes invitarla a salir, ya acabó con su novio. - Je kunt haar vragen om samen uit te gaan, ze heeft het uitgemaakt met haar vriend. |
III acabarse
werkw.
llegar por completo algo a su fin -
eindigen , opraken se acabaron las entradas - de entreekaartjes zijn uitverkocht |
de nunca acabar (=sin fin) - zonder einde
Tus problemas son de nunca acabar. - Aan jouw problemen komt er nooit een einde.
|
san se acabó (=se usa para dar por terminada una discusión) - daarmee uit!
¡No vas a la fiesta y san se acabó! - Je gaat niet naar het feest en daarmee uit!
|
se acabó lo que se daba (=se usa para concluir una acción) - het is uit met de pret
Se acabó lo que se daba no te puedo seguir pagando la renta. - Het is uit met de pret, ik kan je de huur niet meer betalen.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
acabar (ww.) | leegmaken (ww.) ; voltooien (ww.) ; volmaken (ww.) ; volbrengen (ww.) ; verzeilen (ww.) ; uitkrijgen (ww.) ; uithebben (ww.) ; uitdrinken (ww.) ; termineren (ww.) ; terechtkomen (ww.) ; stoppen (ww.) ; opmaken (ww.) ; opkrijgen (ww.) ; opgebruiken (ww.) ; opdrinken (ww.) ; afkrijgen (ww.) ; leegdrinken (ww.) ; ledigen (ww.) ; klaarmaken (ww.) ; klaarkrijgen (ww.) ; geraken (ww.) ; figureren (ww.) ; eindigen (ww.) ; completeren (ww.) ; belanden (ww.) ; beëindigen (ww.) ; afwerken (ww.) ; afronden (ww.) ; afmaken (ww.) ; aflopen (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `acabar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: acabar con unaES: acabarseES: actuarES: agotarES: agotarseES: apurarES: caducarES: cesarES: clausurarES: completar