die Ordnung

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈɔrdnʊŋ]
Verbuigingen:	Ordnung , Ordnungen

1) Zustand, in dem alles an seinem Platz ist - orde

Ordnung in seine Unterlagen bringen - orde in zijn papieren aanbrengen In ihrem Zimmer herrscht mustergültige Ordnung. - In haar kamer heerst voorbeeldige orde.

2) Reihenfolge, in die etw. durch Ordnen gebracht wurde - orde

in alphabetischer Ordnung aufgerufen werden - in alfabetisch volgorde worden opgeroepen

3) Zustand, in dem sich alle so verhalten, wie sie sollen - orde

für Ruhe und Ordnung sorgen - voor rust en orde zorgen die öffentliche Ordnung stören - de openbare orde verstoren

jemanden zur Ordnung rufen (=jemanden dazu auffordern, sich an die Regeln zu halten) - iemand tot de orde roepen

4) Gruppe von Arten in der biologischen Systematik ^biologie - orde

Tannen und Fichten gehören zur Ordnung der Koniferen. - Dennen en sparren behoren tot de klasse coniferen. die Ordnung der Raubtiere - de orde van de roofdieren

5) deel van de uitdrukking:

in Ordnung (=so, wie es sein soll) - goed Alles in bester Ordnung! - Alles is goed!

In Ordnung! (=Einverstanden!) - begrepen

etw. (wieder) in Ordnung bringen (=dafür sorgen, dass alle wieder zufrieden sind) - in orde brengen

etw. geht in Ordnung (=etw. wird akzeptiert bzw. wie vereinbart erledigt) - akkoord Geht der Termin für dich in Ordnung? - Ga je akkoord met de afspraak?

© K Dictionaries Ltd.

die Ordnung

de samenstelling (v) ; de regel (m) ; de regelgeving (v) ; de regeling (v) ; de regelmaat ; het regime ; het reglement ; de regularisatie (v) ; het samenstel ; de rangschikking (v) ; de schikking (v) ; het stelsel ; de structuur (v) ; het systeem ; de tucht ; de volgorde (v) ; het voorschrift ; de wet ; de organisatie (v) ; het arrangement ; de bestel ; het dienstvoorschrift ; de discipline (v) ; de dwang (m) ; de gehoorzaamheid (v) ; de indeling (v) ; de onderwerping (v) ; de opbouw (m) ; de opstelling (v) ; de ordening (v)

Ordnung

bestelling ; volgorde ; rangschikking ; ordening ; orde ; klasse

Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org




DE: Anordnung
DE: Arrangement
DE: Aufbau
DE: Aufeinanderfolge
DE: Aufstellung
DE: Bau
DE: Bestimmung
DE: Dienstordnung
DE: Disziplin
DE: Eingliederung

DE: der Ordnung halber NL: voor de goede orde
DE: alles ist in schönster Ordnung NL: alles is volkomen, prima in orde
DE: in Ordnung gehen NL: in orde zijn, in orde komen