Vertaal
Naar andere talen: • herumdrehen > ENherumdrehen > ESherumdrehen > FR
Vertalingen herumdrehen DE>NL
herumdrehen (ww.) rollen (ww.) ; zwenken (ww.) ; zich omdraaien (ww.) ; wentelen (ww.) ; wenden (ww.) ; tollen (ww.) ; roteren (ww.) ; rondtollen (ww.) ; ronddraaien (ww.) ; draaien (ww.) ; omzwaaien (ww.) ; omwenden (ww.) ; omkeren (ww.) ; omdraaien (ww.) ; kolken (ww.) ; keren (ww.) ; kantelen (ww.) ; iets omdraaien (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `herumdrehen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: ausreden
DE: drechseln
DE: drehen
DE: eindrehen
DE: etwas umdrehen
DE: herumschwenken
DE: herumwirbeln
DE: heucheln
DE: kehren
DE: kreiseln