Vertaal
Naar andere talen: • hergeben > ENhergeben > EShergeben > FR
Vertalingen hergeben DE>NL

hergeben

werkw.
Uitspraak:  [ˈheːɐgeːbən]

1) jemandem geben, reichen, überlassen - geven
Gib das her, das gehört mir! - Geef dat hier, dat is van mij!
Gib mal her, ich mach dir das auf. - Geef eens hier, ik maak dat open.
Am liebsten würde ich das Kind gar nicht mehr hergeben. - Het liefste zou ik het kind helemaal niet meer teruggeven.

2) eigenen Besitz vorübergehend anderen überlassen - uitlenen , verhuren
Ich gebe mein neues Fahrrad ungern her. - Ik leen mijn nieuwe fiets niet graag uit.

3) eigenen Besitz anderen überlassen - geven
Ich würde alles hergeben, wenn es ihr helfen würde. - Ik zou alles willen geven als het jullie zou kunnen helpen.

4) deel van de uitdrukking:
uitdrukking seinen Namen / sich für etw. hergeben

5) deel van de uitdrukking:
uitdrukking etw. gibt viel / wenig / nichts her

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
hergeben (ww.) aangeven (ww.) ; aanreiken (ww.) ; geven (ww.) ; reiken (ww.) ; schenken (ww.) ; vergeven (ww.) ; verlenen (ww.) ; verstrekken (ww.) ; weggeven (ww.) ; wegschenken (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `hergeben`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Ausgeben
DE: auspacken
DE: ausplaudern
DE: austragen
DE: geben
DE: herreichen
DE: herumgeben
DE: hinhalten
DE: ins Haus liefern
DE: Liefern

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: alles hergeben NL: (ook:) zijn uiterste best doen
DE: er lief, was die Beine hergaben NL: hij liep zo hard als hij kon