Vertalingen freilassen DE>NL
freilassen
werkw.
j-m / einem Tier die Freiheit zurückgeben -
vrijlaten den Verhafteten gegen Kaution freilassen - de gevangenen op borgtocht vrijlaten |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
freilassen (ww.) | verbrijzelen (ww.) ; openlaten (ww.) ; opheffen (ww.) ; permitteren (ww.) ; stukmaken (ww.) ; toelaten (ww.) ; uitsparen (ww.) ; van de boeien ontdoen (ww.) ; verbreken (ww.) ; ontsnappen (ww.) ; verlossen (ww.) ; vrijaf geven (ww.) ; vrijgeven (ww.) ; vrijkomen (ww.) ; vrijlaten (ww.) ; vrijmaken (ww.) ; vrijvechten (ww.) ; zich bevrijden (ww.) ; laten (ww.) ; amnestie verlenen (ww.) ; banen (ww.) ; beëindigen (ww.) ; bevrijden (ww.) ; emanciperen (ww.) ; forceren (ww.) ; in vrijheid stellen (ww.) ; invrijheidstellen (ww.) ; afbreken (ww.) ; laten gaan (ww.) ; laten lopen (ww.) ; loskomen (ww.) ; loslaten (ww.) ; losmaken (ww.) ; niet vasthouden (ww.) ; ontbinden (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `freilassen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abbrechenDE: anbrechenDE: aufknotenDE: aufmachenDE: auseinanderfasernDE: ausfasernDE: aussparenDE: beendenDE: befreienDE: beipflichten