Vertaal
Naar andere talen: • belehren > ENbelehren > ESbelehren > FR
Vertalingen belehren DE>NL

I belehren

werkw.
Uitspraak:  [bəˈleːrən]

1) jemanden über etw. aufklären - onderwijzen , informeren
Er wurde bei der Verhaftung nicht über seine Rechte belehrt. - Hij werd bij zijn arrestatie niet over zijn rechten geïnformeerd.

2) jemandem sagen, wie er etw. tun soll oder ihn kritisieren - de les lezen
Ohne Sie belehren zu wollen, möchte ich doch darauf hinweisen, dass ... - Zonder haar de les te willen lezen, kon ik er toch erop wijzen dat ...
uitdrukking sich eines Besseren belehren lassen


II die Belehrung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [bəˈleːrʊŋ]
Verbuigingen:  Belehrung , Belehrungen

1) deel van de uitdrukking: informatie
die Belehrung des Verhafteten über seine Rechte - de verdachte informeren over zijn rechten

2) deel van de uitdrukking: richtlijn , instructie
eine Sicherheitsbelehrung des Personals über den Umgang mit Gefahrstoffen - een veiligheidsinstructie voor het personeel over de omgang met gevaarlijke stoffen

3) deel van de uitdrukking: aanmaning , berisping
Auf deine Belehrungen kann ich verzichten! - Ik kan zonder jouw aanmaningen!

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
belehren (ww.) bijbrengen (ww.) ; doceren (ww.) ; inlichten (ww.) ; onderrichten (ww.) ; onderwijzen (ww.) ; voorlichten (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `belehren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Anlernen
DE: anweisen
DE: beibringen
DE: dozieren
DE: einpauken
DE: einstudieren
DE: einweisen
DE: erlernen
DE: erziehen
DE: lehren

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: einen eines Bessern belehren NL: iemand beter inlichten
DE: er ließ sich nicht belehren NL: er viel niet met hem te praten