Vertalingen bekleiden DE>NL
bekleiden (ww.) | bedekken (ww.) ; bekleden (ww.) ; betimmeren (ww.) ; functie bekleden (ww.) ; overtrekken (ww.) ; stofferen (ww.) ; van bekleding voorzien (ww.) ; vervullen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `bekleiden`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ankleidenDE: anziehenDE: ausstattenDE: ausübenDE: bedeckenDE: betreibenDE: beziehenDE: innehabenDE: polsternDE: verdeckenUitdrukkingen en gezegdes
DE: bekleidet mit
NL: ook: gekleed in