Vertalingen begrenzen DE>NL
I begrenzen
werkw.
1) verhindern, dass eine Grenze überschritten wird -
begrenzen , beperken Die Redezeit wurde auf 10 Minuten begrenzt. - De spreektijd werd tot 10 minuten beperkt. |
2) eine Grenze darstellen, bilden -
begrenzen Auf einer Seite wird der Park von einer Mauer begrenzt. - Aan een zijde wordt het park door een muur begrensd. |
II begrenzt
bijv.naamw.
deel van de uitdrukking: begrensd nur begrenzte Zeit zur Verfügung stehen - alleen beperkte tijd ter beschikking staan Das erlaubte Gepäck ist auf 20 Kilo begrenzt. - De toegestane bagage is tot 20 kilogram beperkt. |
III begrenzt
bijwoord
deel van de uitdrukking: beperkt Die Untersuchungsergebnisse sind nur begrenzt aussagefähig. - De resultaten van het onderzoek is alleen in beperkte mate waardevol. |
IV die Begrenzung
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [bəˈgrɛnʦʊŋ] |
Verbuigingen: | Begrenzung , Begrenzungen |
1) deel van de uitdrukking: begrenzing ohne zeitliche Begrenzung - zonder tijdsbeperking |
2) deel van de uitdrukking: begrenzing Begrenzungslinien - lijnen om een speelveld (bv badminton) Begrenzungszaun - hek dat een perceel begrensd |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
begrenzen (ww.) | afzetten (ww.) ; van grenzen voorzien (ww.) ; omlijnen (ww.) ; inperken (ww.) ; beschutten (ww.) ; beschermen (ww.) ; beperken (ww.) ; beknotten (ww.) ; begrenzen (ww.) ; afschutten (ww.) ; afschermen (ww.) ; afpalen (ww.) ; afgrenzen (ww.) ; afdekken (ww.) ; afbakenen (ww.) |
begrenzen | aftoppen,aftopping ; grenswaarde ; begrenzen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `begrenzen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abdeckenDE: AbgrenzenDE: abschirmenDE: absperrenDE: absteckenDE: beschneidenDE: beschränkenDE: eindämmenDE: einengenDE: eingrenzen