Vertalingen aufschnappen DE>NL
aufschnappen (ww.) | afvangen (ww.) ; iets bemachtigen (ww.) ; onderscheppen (ww.) ; ondervangen (ww.) ; onderweg opvangen (ww.) ; opvangen (ww.) ; te pakken krijgen (ww.) ; verkrijgen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `aufschnappen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abfangenDE: bekommenDE: erfassenDE: ergreifenDE: erwerbenDE: fassenDE: gewinnenDE: unterschlagenDE: zuvorkommen