Vertalingen anmachen DE>NL
anmachen
werkw.
1) einschalten -
aandoen das Radio anmachen - de radio aanzetten |
2) mit Soße vermengen culinair -
bereiden 3) befestigen -
bevestigen ein Poster an der Wand anmachen - een poster aan de muur bevestigen |
4) ansprechen, mit jemandem flirten -
flirten jemanden in der Disco anmachen - in disco met iemand flirten |
5) aggressiv ansprechen -
provoceren jemanden blöd anmachen - iemand provoceren |
6) deel van de uitdrukking: etw. macht jemanden an (=etw. wirkt attraktiv auf jdn) - aantrekkelijk
Der Kuchen macht mich jetzt richtig an! - Het gebak vind ik echt onweerstaanbaar!
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
anmachen (ww.) | aanmaken (ww.) ; aansteken (ww.) ; flirten (ww.) ; in de fik steken (ww.) ; licht aansteken (ww.) ; ontsteken (ww.) ; opsteken (ww.) ; sigaret opsteken (ww.) ; verhelpen (ww.) ; vuurmaken (ww.) |
anmachen | aandoen ; aanzetten |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `anmachen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abhelfenDE: abstellenDE: andrehenDE: anschaltenDE: anstechenDE: ansteckenDE: anstellenDE: aufrollenDE: aufwickelnDE: behebenUitdrukkingen en gezegdes
DE: einen
anmachen
NL: iemand ertoe brengen mee te doen NL: op stang jagen