Vertalingen Ziehen DE>NL
ziehen
werkw.
1) jemanden / etw. hinter sich her oder auf sich zu bewegen -
trekken Die Kutsche wurde von zwei Pferden gezogen. - De koets werd door twee paarden getrokken. die Vorhänge vors Fenster ziehen - de gordijnen voor het raam dichttrekken jemanden aus dem Wasser ziehen - iemand uit het water trekken |
2) deel van de uitdrukking: an etw. ziehen (=etw. fassen und versuchen, es zu sich zu ziehen) - trekken
jemanden an den Haaren ziehen - iemand aan de haren trekken
|
3) sich irgendwohin bewegen -
trekken Der Zirkus zieht durchs Land. - Het circus trekt door het land. Wolken zogen über den Himmel. - Wolken trokken door de lucht. |
4) seinen Wohnsitz irgendwohin verlegen -
verhuizen Wir ziehen demnächst in eine andere Stadt. - Wij verhuizen naar een andere stad. |
5) greifen und aus etw. herausnehmen -
trekken Wann werden bei dir die Fäden gezogen? - Wanneer worden bij jou de hechtingen verwijderd? Sie zog ihren Geldbeutel aus der Tasche. - Zij trok haar portemonnee uit haar tas. Zieh, wenn du dich traust! - Trek, als je durft! |
6) auswählen und nehmen -
trekken Wann werden die Lottozahlen gezogen? - Wanneer is de trekking van de lotto? |
7) an etw. ziehen und es so betätigen -
trekken 8) einen bestimmten Gesichtsausdruck entstehen lassen -
trekken Sie zog eine Grimasse. - Zij trok een gek gezicht. die Stirn in Falten ziehen - het voorhoofd fronsen |
9) spannen -
trekken 10) zeichnen -
trekken Lass uns einen Schlussstrich unter die Sache ziehen. - We zetten een streep onder het voorval. |
11) bewegen -
bewegen den / mit dem König ziehen - de / met de koning zetten |
12) säen oder anpflanzen und groß werden lassen -
kweken auf dem Fensterbrett Kräuter ziehen - op de vensterbank kruiden kweken |
13) deel van de uitdrukking: etw. auf sich ziehen (=Blicke, Gefühle usw. auf sich lenken) - trekken
die Aufmerksamkeit aller auf sich ziehen - de aandacht van iedereen trekken
|
14) deel van de uitdrukking: etw. nach sich ziehen (=etw. zur Folge haben) - gevolgen
Dein Verhalten wird Konsequenzen nach sich ziehen! - Je gedrag gaat gevolgen hebben!
|
15) deel van de uitdrukking: etw. über / unter etw. ziehen (=Kleidung über / unter einer anderen anziehen) - trekken
Zieh bitte einen Pullover über das Hemd. - Trek alsjeblieft een trui aan over het overhemd.
|
16) in heißem Wasser seinen Geschmack entfalten -
trekken Der Tee soll nicht länger als fünf Minuten ziehen. - De thee zou niet langer dan vijf minuten moeten trekken. |
17) Wirkung zeigen -
effect Deine Bettelei zieht bei mir nicht. - Je gebedel heeft geen effect bij mij. |
18) deel van de uitdrukking: gut / schlecht ziehen (=genug Luft bekommen, dass ein Feuer hell brennt) - trekken
|
19) deel van de uitdrukking: es zieht (=eine Luftbewegung ist unangenehm spürbar) - trek, tocht
Hier zieht es; kannst du bitte mal das Fenster zumachen? - Het tocht hier; zou je alsjeblieft het raam willen dichtmaken?
|
jemandem zieht es (=jemand spürt eine unangenehme Luftbewegung) - het tocht
|
20) deel van de uitdrukking: etw. zieht sich (=es dauert lange, bis man mit etw. fertig ist) - rekken
Der Weg zog sich ewig und wir waren schon steinmüde. - De weg liep eindeloos door en wij waren al doodmoe.
|
21) deel van de uitdrukking: etw. zieht sich irgendwohin (=etw. erstreckt sich bis irgendwohin) - uitstrekken
Die Plantagen zogen sich bis zum Horizont. - De plantages strekten zich uit tot aan de horizon.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
ziehen (ww.) | rukken (ww.) ; lenen (ww.) ; met een spil omhoogwerken (ww.) ; ontlenen (ww.) ; opfokken (ww.) ; opkweken (ww.) ; opsnuiven (ww.) ; planten (ww.) ; procreëren (ww.) ; kweken (ww.) ; slepen (ww.) ; sleuren (ww.) ; snuiven (ww.) ; telen (ww.) ; tochten (ww.) ; trekken (ww.) ; verbouwen (ww.) ; voortbrengen (ww.) ; insnuiven (ww.) ; aankweken (ww.) ; aanplanten (ww.) ; een snuif nemen (ww.) ; fokken (ww.) ; genereren (ww.) ; hieuwen (ww.) ; hieven (ww.) ; iets ophalen (ww.) |
Ziehen | buigen ; vezelvormingsproces ; verschuiven ; trekken (van draad) ; trekken ; translatie ; koud-rekken ; dragging ; draadtrekken |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Ziehen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abhebenDE: abholenDE: anbauenDE: andrehenDE: AnpflanzenDE: anspannenDE: anziehenDE: aufbauenDE: auffischenDE: aufholenUitdrukkingen en gezegdes
DE: laß ihn
ziehen!
NL: laat hem gaan!DE: den Hut
ziehen
NL: zijn hoed afzettenDE: Perlen auf einen Faden
ziehen
NL: kralen aan een draad rijgenDE: auf Flaschen
ziehen
NL: bottelenDE: die Aufmerksamkeit auf sich
ziehen
NL: de aandacht trekkenDE: Saiten auf ein Instrument
ziehen
NL: een instrument met snaren bespannenDE: etwas aus der Tasche
ziehen
NL: iets uit zijn zak halenDE: in Betracht
ziehen
NL: in aanmerking nemenDE: in Erwägung
ziehen
NL: in aanmerking, in overweging nemenDE: etwas in die Länge
ziehen
NL: iets rekken, uitstellenDE: einen ins Vertrauen
ziehen
NL: iemand in vertrouwen nemenDE: einen vor Gericht
ziehen
NL: iemand voor het gerecht dagenDE: zu Rate
ziehen
NL: raadplegenDE: sich
ziehen
NL: trekkenDE: sich in die Länge
ziehen
NL: blijven durenDE: die Mauer zieht sich um den Garten
NL: de muur loopt om de tuin