Vertaal
Naar andere talen: • Wirbeln > ENWirbeln > ESWirbeln > FR
Vertalingen Wirbeln DE>NL

wirbeln

werkw.
Uitspraak:  [ˈvɪrbəln]

1) sich schnell und lebhaft bewegen - wervelen
Die Tänzer wirbelten durch den Saal. - De dansers wervelden door de zaal.
wirbelnde Schneeflocken - wervelden sneeuwvlokken

2) etw. schnell und lebhaft bewegen - wervelen
Der Sturm wirbelt die Blätter durch die Luft. - De storm wervelt de bladeren door de lucht.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
wirbeln (ww.) prutsen (ww.) ; zwieren (ww.) ; wielen (ww.) ; wervelen (ww.) ; trommelen (ww.) ; tollen (ww.) ; rondtollen (ww.) ; ronddraaien (ww.) ; roffelen (ww.) ; naar beneden zweven (ww.) ; kolken (ww.) ; dwarrelen (ww.) ; draaien (ww.) ; de trom roeren (ww.) ; aanmodderen (ww.)
das Wirbelnde dwarreling (v)
Wirbeln slagfrezen
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Wirbeln`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: ausreden
DE: baggern
DE: basteln
DE: drechseln
DE: drehen
DE: einenWirbelschlagen
DE: fummeln
DE: herumdoktern
DE: herumdrehen
DE: herumfingern