Vertalingen Treffen DE>NL
treffen
werkw.
1) erreichen, berühren (und dabei oft beschädigen, verletzen oder töten) -
treffen Die Kugel traf genau ins Ziel. - De kogel trof het doel precies. Das Haus wurde vom Blitz getroffen. - De bliksem sloeg bij het huis in. Leider hat er das Tor nicht getroffen. - Helaas heeft het doel niet geraakt. Hab ich getroffen? - Heb ik iets geraakt? |
2) durch Zufall an den gleichen Ort kommen wie jemand anderer / etw. anderes -
tegenkomen Ich habe sie gestern zufällig in der Stadt getroffen. - Ik ben haar gisteren toevallig in de stad tegengekomen. Ihre Blicke trafen sich. - Hun blikken ontmoetten elkaar. |
auf jemanden / etw. treffen (=) - iemand / iets ontmoeten
auf Schwierigkeiten / Widerstand treffen - op moeilijkheden / weerstand stuiten
|
3) sich verabreden und zusammenkommen -
samenkomen Ich treffe sie nach der Schule im Café. - Ik zie haar na school in het café. Er trifft sich noch regelmäßig mit seiner Exfrau. - Hij komt nog regelmatig bij zijn ex-vrouw. Wollen wir uns mal wieder treffen? - Zullen we nog eens afspreken? |
4) das finden, was passend oder erwünscht ist -
kiezen Mit diesem Wein haben Sie genau seinen Geschmack getroffen. - Met deze wijn heeft u voor hem net zijn voorkeur gekozen. |
5) jemanden traurig machen, kränken o. Ä. -
raken Seine Bemerkung hat sie tief getroffen. - Zijn opmerking heeft haar diep geraakt. |
6) eine Handlung ausführen -
maken Hast du deine Wahl getroffen? - Heb je een keuze gemaakt? |
7) deel van de uitdrukking: es trifft sich gut, dass ... (=es passt gut, dass ...) - het komt goed uit
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
treffen (ww.) | tegen het lijf lopen (ww.) ; slaan (ww.) ; samenkomen (ww.) ; ontroeren (ww.) ; ontmoeten (ww.) ; mazzel hebben (ww.) ; iemand treffen (ww.) ; iemand raken (ww.) ; het treffen (ww.) ; bijeen komen (ww.) ; betreffen (ww.) ; beroeren (ww.) ; beïnvloeden (ww.) ; aangaan (ww.) |
das Treffen | de zitting (v) ; de vergadering (v) ; het treffen ; de samenkomst (v) ; reünie ; het raken ; het overleg ; de ontmoeting (v) ; de manifestatie (v) ; de conferentie (v) ; de bijeenkomst (v) ; de beraadslaging (v) |
treffen | aankomen ; Contact ; Bijeenkomst |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Treffen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ansprechenDE: antreffenDE: antunDE: begegnenDE: BegegnungDE: BeratungDE: besiegenDE: BesprechungDE: betreffenDE: bewegenUitdrukkingen en gezegdes
DE: Anstalten
treffen
NL: aanstalten makenDE: Bestimmungen
treffen
NL: bepalingen makenDE: Einrichtungen
treffen
NL: maatregelen nemenDE: eine Auswahl
treffen
NL: een keuze doenDE: sich gut, schlecht
treffen
NL: goed, slecht uitkomen