Vertalingen Start DE>NL
der Start
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ʃtart] |
Verbuigingen: | Starts , Starts |
1) Beginn eines Rennens o. Ä. sport -
start schon kurz nach dem Start in Führung gehen - al kort na de start aan de leiding gaan Die Läufer machen sich zum Start bereit. - De atleten maken zich gereed om te starten. |
fliegender Start (=Start aus der Bewegung heraus) - vliegende start
|
2) Stelle, wo ein Rennen startet sport -
start 20 Teilnehmer gingen an den Start. - 20 deelnemers liepen naar de start. Startlinie - startlijn |
3) Abflug -
start ein Flugzeug zum Start freigeben - een vliegtuig toestemming geven om te starten Startbahn - startbaan Starterlaubnis - toestemming om te starten |
4) deel van de uitdrukking: start der Start einer neuen Fernsehserie - de start van een nieuwe tv-serie der Start ins Arbeitsleben - een start in het beroepsleven |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Start | de aanvang (m) ; het begin ; het beginpunt ; de inzet (m) ; het lanceren ; de lancering (v) ; de opening (v) ; de start (m) |
START (Afkorting) | START (Afkorting) |
Start | aanslaan ; start ; starten |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Start`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: AbschußDE: AnfangDE: anfangenDE: AnlaufDE: AnsatzDE: AuftaktDE: BeginnDE: EinleitungDE: EröffnungDE: Startpunkt