Vertalingen wisselen NL>FR
wisselen
werkw.
Uitspraak: | [ˈwɪsələ(n)] |
Verbuigingen: | wisselde (verl.tijd ) heeft gewisseld (volt.deelw.) |
het ene geven voor het andere -
échanger , changer van baan wisselen - changer d'emploi dollars voor euro's wisselen - changer des dollars contre des euros |
(tanden) wisselen (=je melkgebit verliezen en er een volwassen gebit voor in de plaats krijgen) - perdre ses dents de lait
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
wisselen (ww.) | embarrasser (ww.) ; varier (ww.) ; troquer contre (ww.) ; troquer (ww.) ; transformer (ww.) ; tourner en sens contraire (ww.) ; substituer (ww.) ; renvoyer (ww.) ; permuter (ww.) ; modifier (ww.) ; faire un échange (ww.) ; enchaîner (ww.) ; échanger contre (ww.) ; échanger (ww.) ; diverger (ww.) ; différer (ww.) ; confondre (ww.) ; changer de place (ww.) ; changer (ww.) ; annuler (ww.) ; alterner (ww.) ; altérer (ww.) |
wisselen | inversion |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `wisselen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afwisselenNL: inwisselenNL: omruilenNL: omwisselenNL: ruilenNL: uiteenlopenNL: variërenNL: veranderenNL: vermakenNL: verruilenUitdrukkingen en gezegdes
NL: een gulden
wisselen
FR: donner la monnaie d'un florinNL: hij kan niet
wisselen, hij heeft geen klein geld
FR: il ne peut vous rendre, il n'a pas de (petite) monnaie