Vertalingen ruk NL>FR
de ruk
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [rʏk] |
Verbuigingen: | -ken (meerv.) |
keer dat je hard trekt -
coup (le ~), saccade (la ~) een ruk aan een touw geven - tirer une fois fortement sur une corde |
in één ruk doorrijden (=zonder pauzes naar je bestemming rijden) - faire le trajet d'une traite
|
geen ruk (=niets) - rien
Het kan me geen ruk schelen. - (J'en ai) rien à branler.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de ruk (m) | trait (m) |
ruk | à-coup |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `ruk`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: haalNL: trekUitdrukkingen en gezegdes
NL: met één
ruk
FR: d'un seul coupNL: ruk aan het stuur
FR: coup (le) de volant