Vertalingen piepen NL>FR
piepen
werkw.
Uitspraak: | [pipə(n)] |
Verbuigingen: | piepte (verl.tijd ) heeft gepiept (volt.deelw.) |
1) een hoog geluid voortbrengen -
grincer een piepende deur - une porte qui grince |
2) klagen en zeuren -
prendre un ton plaintif Hij blijft er maar over piepen dat hij niet is uitgenodigd! - Il ne cesse pas de se lamenter de ne pas avoir été invité. |
3) deel van de uitdrukking: -
Het is snel gepiept. (=het duurt niet lang, het is snel klaar) - Cela se fait en moins de rien.
|
4) deel van de uitdrukking: -
er stiekem tussenuit piepen (=er stilletjes vandoor gaan) - filer à l'anglaise
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
piepen (ww.) | grincer (ww.) |
piepen | grincer |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `piepen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: fluisterenNL: fluitenNL: glurenNL: jammerenNL: jassenNL: poffenNL: wegglippenUitdrukkingen en gezegdes
NL: piepende stem
FR: voix (la) grêle