Vertalingen paar NL>FR
[par]1 [par] [mv: paren]1 tweetal dat bij elkaar hoort
dingen
paire (la ~(v))
mensen, dieren
couple (le ~(m))
`een paar schoenen`
une paire de chaussures
`bruidspaar`
(couple de) jeunes mariés
2 ( enige) enkele - quelques
`iets een paar keer opnieuw proberen`
réessayer quelque chose quelques fois
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het paar | bande (v) ; brelan (m) ; brochette (v) ; couple (m) ; deux (m) ; duo (m) ; époux (m-p) ; paire (v) |
paar | doublet ; paire ; paire de fils |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `paar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: duoNL: echtpaarNL: enigeNL: enkeleNL: evenNL: koppelNL: levenspaarNL: sommigeNL: stelNL: stelletjeUitdrukkingen en gezegdes
NL: een gelukkig
paar
FR: un couple heureuxNL: bij paren
FR: par couples, deux par deuxNL: een
paar boeken
FR: quelques livres