I bijzonder

bijv.naamw.

Uitspraak:

[biˈzɔndər]

anders dan anders, anders dan anderen - spécial/-iale

een bijzondere vrouw - une femme extraordinaire een bijzondere gebeurtenis - un évènement spécial

II bijzonder

bijwoord

Uitspraak:

[biˈzɔndər]

erg, heel, uitermate - extrêmement

een bijzonder verstandig besluit - une décision extrêmement sage

© K Dictionaries Ltd.

bijzonder

sombre ; fantasque ; fort ; fou ; incomparable ; inimitable ; original ; particulier ; singulier ; extravagant ; sot ; triste ; tristement ; typique ; typiquement ; ultra ; unique ; uniquement ; extraordinairement ; affligeant ; baroque ; capricieux ; curieux ; dingue ; excentrique ; excentriquement ; exceptionnel ; exceptionnellement ; excessivement ; exclusivement ; exquis ; extraordinaire ; particulièrement ; très ; spécial

Bronnen: interglot; Trueterm; ICT-Woordenboek




NL: afgezonderd
NL: afzonderlijk
NL: apart
NL: bizar
NL: buitengemeen
NL: buitengewoon
NL: buitenissig
NL: buitensporig
NL: curieus
NL: eigen

NL: het bijzonder onderwijs FR: l'enseignement (le) libre
NL: de bijzondere school FR: l'école (la) privée, l'école libre
NL: iets bijzonders FR: qc de singulier
NL: het is niet veel bijzonders FR: ce n'est pas grand-chose
NL: in het bijzonder FR: en particulier, notamment