Vertalingen afmatten NL>FR
afmatten (ww.) | dépérir (ww.) ; épuiser (ww.) ; exténuer (ww.) ; fatiguer (ww.) |
het afmatten | épuisement (m) ; harasser (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `afmatten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: moe makenNL: slopenNL: uitputtenNL: vermoeien