Vertaal
Naar andere talen: • verzekeren > DEverzekeren > ENverzekeren > ES
Vertalingen verzekeren NL>FR
[vər'zekərə(n)]
[vvt: heeft verzekerd]

1 ( garanderen) zeggen dat iets is of zal gaan zoals je zegt - assurer - garantir

  `Dat doet pijn, kan ik je verzekeren.`
  Cela fait mal, je peux te le garantir.

  `Ik verzeker u dat ik op tijd kom.`
  Je vous garantis que je serai à l'heure.



2 een verzekering (1) afsluiten voor - assurer

  `Ben je verzekerd?`
  Es-tu assuré?

  `je verzekeren tegen diefstal`
  s'assurer contre le vol


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verzekeren (ww.) assurer (ww.) ; certifier (ww.) ; ficeler (ww.) ; garantir (ww.) ; lier (ww.) ; mettre (ww.) ; rassurer (ww.) ; ratifier (ww.)
verzekeren assurere
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek


Voorbeeldzinnen met `verzekeren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: assureren
NL: bevestigen
NL: beweren
NL: garanderen
NL: instaan voor
NL: solideren
NL: vastbinden
NL: vastleggen
NL: vastmaken
NL: vastzetten

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: zijn huis verzekeren FR: faire assurer sa maison
NL: Iemand iets verzekeren FR: assurer qc à  quelqu'un (of quelqu'un de qc)