Vertalingen tolereren NL>FR
tolereren
werkw.
| Uitspraak: | [toləˈrerə(n)] |
| Verbuigingen: | tolereerde (verl.tijd ) heeft getolereerd (volt.deelw.) |
verdragen -
tolérer , admettre | niet tolereren dat de kinderen elkaar slaan - ne pas tolérer que les enfants se frappent les uns les autres |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| tolereren (ww.) | admettre (ww.) ; autoriser (ww.) ; consentir (ww.) ; permettre (ww.) ; souffrir (ww.) ; supporter (ww.) ; tolérer (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `tolereren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanzienNL: doorstaanNL: duldenNL: gedogenNL: lijdenNL: ondergaanNL: pikkenNL: toelatenNL: uitstaanNL: velen