de hoek

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[huk]
Verbuigingen:	-en (meerv.)

1) plaats waar twee wanden of muren aan elkaar vastzitten - coin (le ~)

de hoeken van een kamer - les coins d'une pièce op de hoek van de straat - au coin de la rue voor straf in de hoek van de klas staan - avoir été mis au piquet

alle hoeken van de kamer laten zien (=(iemand) afranselen) - passer à tabac / flanquer une volée à

je niet in een hoek laten drukken (=zorgen dat je niet uit je positie verjaagd wordt) - ne pas se laisser faire / ne pas se laisser marcher sur les pieds

2) richting - direction (la ~)

Uit welke hoek waait de wind? - Le vent vient de quelle direction? Ik weet niet in welke hoek ik de oorzaak van het probleem moet zoeken. - Je ne sais pas quelle piste explorer pour trouver la cause du problème.

3) ruimte tussen twee lijnen of vlakken die elkaar raken ^wiskunde - angle (le ~)

een vierkant heeft rechte hoeken van 90 graden - un carré a des angles droits (de 90 dégrés donc).

dode hoek (=gedeelte van de weg dat je niet kunt zien in je autospiegels) - angle mort De dode hoek heeft al veel ongelukken veroorzaakt. - L'angle mort a déjà causé beaucoup d'accidents.

© K Dictionaries Ltd.

de hoek (m)	cachette (v) ; zone (v) ; retraite (v) ; région (v) ; refuge (m) ; province (v) ; point d'appui (m) ; hameçon (m) ; crochet (m) ; contrée (v) ; coin (m) ; asile (m) ; angle (m) ; abri (m)
hoek	arête ; radian ; rad (Afkorting) ; promontoire ; nez ; degré d'angle ; coude brusque ; coude

Bronnen: interglot; Antiquarian Dictionary; Download IATE, European Union, 2017.




NL: hoekstoot
NL: oord
NL: plaats
NL: schuilhoek
NL: streek

NL: aanliggende (inspringende, overeenkomstige, overstaande, rechte, scherpe, stompe, uitspringende) hoek FR: angle adjacent (rentrant, correspondant, opposé par le sommet, droit, aigu, obtus, saillant)
NL: een hoek maken FR: faire angle (avec)
NL: dode hoek FR: angle mort
NL: in alle hoeken en gaten FR: dans tous les coins et recoins
NL: een hoek van een kaartje omvouwen FR: corner une carte
NL: het huis op de hoek FR: la maison du coin
NL: uit de hoek komen FR: placer son mot
NL: zien uit welke hoek de wind waait FR: voir de quel côté vient le vent
NL: de hoek omslaan FR: tourner le coin