Vertalingen defect NL>FR
I het defect
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [dəˈfɛkt] |
Verbuigingen: | -en (meerv.) |
iets dat kapot is of niet goed werkt -
panne (la ~) Die auto heeft een defect aan de remmen. - Les freins de la voiture sont défectueux. |
II defect
bijv.naamw.
niet goed werkend;
kapot -
défectueux/-euse een defecte motor - un moteur défectueux / en panne |
[dəˈfɛkt]1 niet goed werkend; kapot - défectueux/-euse
[defɛktɥø/-øz]
`een defecte motor`
un moteur défectueux / en panne
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
defect (znw.) | dérangement (m) ; défaut (m) ; avarie (v) |
het defect | panne (v) |
defect | dommage ; hors de service ; hors d'usage ; en pièces ; en panne ; en dérangement ; défectueux ; cassé ; brisé ; bogue ; non-fonctionnement ; imperfection ; défaut du cristal ; défaut ; défaillance |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `defect`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aan stukkenNL: beschadigdNL: beschadigingNL: buiten gebruikNL: doodNL: euvelNL: foutNL: gebrekNL: gebrokenNL: in stukkenUitdrukkingen en gezegdes
NL: defect raken
FR: se détraquer, tomber en panne