Vertalingen danken NL>FR
danken
werkw.
Uitspraak: | [ˈdɑŋkə(n)] |
Verbuigingen: | dankte (verl.tijd ) heeft gedankt (volt.deelw.) |
1) laten merken dat je het fijn vindt dat iemand iets goeds voor je gedaan heeft -
remercier Ik dank je voor de cadeaus. - Je te remercie pour ces cadeaux. |
2) deel van de uitdrukking: -
nee, dank u (=<dat zeg je als je iets dat je aangeboden wordt niet wilt hebben>) - non merci
Wil je koffie? Nee, dank je. - Du café? Non merci.
|
3) deel van de uitdrukking: -
iets te danken hebben aan (=iets krijgen door) - devoir quelque chose à
Die leerling heeft zijn diploma te danken aan zijn grote ijver. - Cet élève doit son diplôme à sa grande ardeur au travail.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
danken (ww.) | remercier (ww.) |
het danken | gratitude (v) ; reconnaissance (v) ; remerciement (m) |
Bronnen: Wikipedia; interglot
Voorbeeldzinnen met `danken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bedankenNL: bedankjeNL: biddenNL: dank betuigenNL: dankbaarheidNL: erkentelijkheidNL: lovenNL: te danken hebbenUitdrukkingen en gezegdes
NL: danken voor uw hulp
FR: remercier pour votre aideNL: niet te
danken
FR: je vous en prie, (spreektaal) de rienNL: neen, dank u
FR: merci, nonNL: Iemand iets te
danken hebben
FR: devoir qc à quelqu'unNL: daaraan heeft hij die betrekking te
danken
FR: cela lui a valu cette place