Vertaal
Naar andere talen: • danken > ENdanken > ESdanken > FR
Vertalingen danken NL>DE

danken

werkw.
Uitspraak:  [ˈdɑŋkə(n)]
Verbuigingen:  dankte (verl.tijd ) heeft gedankt (volt.deelw.)

1) laten merken dat je het fijn vindt dat iemand iets goeds voor je gedaan heeft - danken
Ik dank je voor de cadeaus. - Ich danke dir für die Geschenke.

2) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking nee, dank u

3) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking iets te danken hebben aan

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
danken (ww.) zurückweisen (ww.) ; zu verdanken haben (ww.) ; verdanken (ww.) ; sichbedanken (ww.) ; sich bedanken (ww.) ; danken (ww.) ; ausschlagen (ww.) ; abschlagen (ww.) ; absagen (ww.) ; ablehnen (ww.) ; abbestellen (ww.)
het dankendie Würdigung ; die Erkennung ; die Erkenntnis ; die Erkenntlichkeit ; der Dankbrief ; die Dankbarkeit ; der Dank ; die Bewertung ; die Anerkennung ; das Anerkenntnis ; die Achtung
danken beten
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `danken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bedanken
NL: bedankje
NL: bidden
NL: dank betuigen
NL: dankbaarheid
NL: erkentelijkheid
NL: loven
NL: te danken hebben

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (ik) dank u DE: danke schön, sehr, bestens
NL: dank je (lekker)! DE: na, ich danke!, ich danke für Obst
NL: niets te danken DE: bitte sehr
NL: (iemand iets) te danken hebben DE: verdanken