Vertaal
Naar andere talen: • beheersen > DEbeheersen > ENbeheersen > ES
Vertalingen beheersen NL>FR

I beheersen

werkw.
Uitspraak:  [bəˈhersə(n)]
Verbuigingen:  beheerste (verl.tijd ) heeft beheerst (volt.deelw.)

1) iemand of iets in zijn macht hebben of bedwingen - dominer
de markt voor mobiele telefoons beheersen - dominer le marché des téléphones mobiles

2) helemaal kennen - posséder
de tafels van één tot en met tien beheersen - connaître parfaitement les tables de multiplication d'un à dix


II zich beheersen

reflexief werkw.
Uitspraak:  [bəhersə(n)]
Verbuigingen:  zich beheerste (verl.tijd ) heeft zich beheers (volt.deelw.)

je gevoelens onder controle houden en kalm blijven - se dominer
Ik had zin om hem een klap te geven, maar ik beheerste me. - J'avais envie de le gifler, mais je me suis retenu.
[bəˈhersə(n)]
[vvt: heeft beheerst]

1 iemand of iets in zijn macht hebben of bedwingen - dominer
[dɔmine]

  `de markt voor mobiele telefoons beheersen`
  dominer le marché des téléphones mobiles



2 helemaal kennen - posséder
[pɔsede]

  `de tafels van één tot en met tien beheersen`
  connaître parfaitement les tables de multiplication d'un à dix


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
beheersen (ww.) refouler (ww.) ; se posséder (ww.) ; se modérer (ww.) ; se contenir (ww.) ; se commander (ww.) ; s'envoler (ww.) ; retirer (ww.) ; retenir (ww.) ; réprimer (ww.) ; reprendre (ww.) ; régner (ww.) ; refréner (ww.) ; modérer (ww.) ; maîtriser (ww.) ; gouverner (ww.) ; dompter (ww.) ; dominer (ww.) ; contrôler (ww.) ; contraindre (ww.) ; calmer (ww.) ; brider (ww.) ; baisser de ton (ww.) ; apaiser (ww.)
het beheersenla maîtrise
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek


Voorbeeldzinnen met `beheersen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bedaren
NL: bedwingen
NL: beteugelen
NL: domineren
NL: heersen over
NL: inhouden
NL: inslikken
NL: intomen
NL: kennen
NL: kunnen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: zijn ontroering beheersen FR: maîtriser son émotion
NL: zijn onderwerp ten volle beheersen FR: dominer pleinement son sujet
NL: een taal beheersen FR: posséder une langue
NL: een volk beheersen FR: régner sur un peuple
NL: zichzelf weten te beheersen FR: être maître de soi