| Uitspraak: | [ˈknopə(n)] |
| Verbuigingen: | knoopte (verl.tijd ) heeft geknoopt (volt.deelw.) |
| leren hoe je de veters van je schoenen moet knopen - aprender como atarse los cordones de los zapatos twee touwtjes aan elkaar knopen - atar dos cuerdas entre sí |
Voorbeeldzinnen laden....